Zonde: onze (natuurlijke) ethische verantwoordelijkheid

Wij zijn niet ingericht om de ‘absolute waarheid’ te achterhalen, maar om ons adequaat te gedragen. Elk dier heeft een verstand dat zich voegt naar zijn ontwerp (morfologie) en functie. Een eekhoorn kan niet tellen, maar hij is wel in staat om zich de honderden plekken te herinneren waar zijn wintervoorraad verborgen is. [1] Zo bezien heeft de mens wel bijzondere kenmerken, maar voert het te ver om te beweren dat zijn verstand wezenlijk ‘beter’ is dan dat van andere dieren.
Doelen stellen
Desondanks is het mogelijk om verschil te maken tussen mens en dier. Althans, dat is mijn ‘gissing’.
Mens en dier handelen doelgericht. Voor elk doel dat bereikt moet worden is er een script. Gedrag ligt (min of meer) vast in een aantal van zulke ‘scripts’. Zo heeft een egeltje een script dat hem zegt wat te doen als er gevaar dreigt: oprollen tot een bol en stekels opzetten. Dieren hoeven slechts een beperkt aantal doelen te bereiken en beschikken dan ook over een beperkt aantal scripts.
Het grote verschil tussen mens en dier is, vermoedelijk, dat de mens over een grote representatieve denkkracht kan beschikken. Deze representatieve denkkracht stelt hem niet alleen in staat om zijn doelen gemakkelijker te bereiken, maar ook om zichzelf nieuwe doelen te stellen. Dit laatste is iets wat dieren niet kunnen. [2]
Keuzevrijheid
Een mens is in staat om, naar eigen wens, kinderloos door het leven te gaan. Wellicht omdat het bestaan zonder kinderen hem zinvoller voorkomt dan een leven met kinderen. [3] Het is zelfs mogelijk om het leven ‘waarden-loos’ te vinden en je bestaan te beëindigen. Ik geloof niet dat een ander dier een dergelijke verreikende keuzevrijheid heeft. Deze grote keuzevrijheid gaat echter gepaard met de nodige veranderingen.
Zo moet iemand die zichzelf doelen kan stellen ervoor zorgen dat deze zijn wereldbeeld niet ontwrichten. De nieuwe scripts mogen niet strijdig zijn met de bestaande scripts.
Daartoe moet iemand een kosten-batenanalyse, een afweging, kunnen maken tussen de verschillende mogelijke doelen. Zulks is alleen mogelijk als een mens een goed waardesysteem ontwikkelt. Zouden we een dergelijk waardesysteem niet hebben, dan is het onmogelijk om keuzes te maken tussen het grote aantal mogelijke doelen.
Ethiek
Een waardesysteem stelt een mens in staat om zich te onttrekken aan de ‘geslotenheid’ van het verstand. Je kunt eenvoudigweg niet beredeneren of ’t ene doel zinvoller is dan ’t andere doel. Een mens kan niet strikt logisch bepalen of hij kinderloos zal blijven (wat niet wil zeggen dat er geen argumenten voor of tegen deze keus kunnen worden gegeven).
Onze kunde om middels een kosten-batenanalyse te bepalen wat we willen bereiken maakt ons wezenlijk vrij. Uiteindelijk is ons gedrag terug te voeren op de waarden die we koesteren en niet op een verstandelijke overweging.
Je kunt daarom betogen dat de mens een ‘geboren’ ethisch wezen is. Niet omdat hij zijn handelingen onderwerpt aan een gesloten rationeel regime en ook niet omdat hij zich onderwerpt aan de wetten van de troep, maar juist omdat hij zichzelf doelen kan stellen die hem uitzonderen van de anderen (en de natuur). Een mens wordt gedurende zijn leven teruggeworpen op zijn eigen waarden.
De algemene religieuze gedachte dat wij op aarde zijn om een beter mens te worden, zal door de naturalist daarom niet kunnen worden weersproken. De mens is zo gevormd dat zijn gedrag voortdurend moet worden ‘gewaardeerd’.
De zonde
In die zin zijn wij wezens die al vanaf de geboorte verantwoordelijkheid dragen voor wat we doen. Je bent haast geneigd te zeggen dat het christelijke begrip van de ‘zonde’ deze staat van de mens op rake wijze tot uitdrukking brengt.
Hoe zorgvuldig een mens moet handelen, en hoe barbaars de gevolgen kunnen zijn als hij zijn ethische plicht verzaakt, kunnen we afleiden uit de vele gruweldaden die de mens in het verleden heeft verricht. Elke misstap van vorige generaties laat zien waarom ik mijn ethische plicht ernstig moet nemen. Ik ben een mens (morfologie), zoals zij ook mens waren. Het is daarom onmiskenbaar zo dat ik in staat ben om te begaan hun misdaden uit het verleden. Alle levende mensen moeten zich bewust zijn van ‘hun’ zonde. We moeten weten dat we tot het slechte in staat zijn.
Het is overigens ook de zonde die het lijden van de mens boven de vergeefsheid uittilt. Wie inziet hoe zwaar de last is die op onze schouders drukt, en hoe groot onze schuld is aan de mensen die geleden hebben, heeft de plicht om lering te trekken uit het verleden. Het denkbeeld ‘zonde’ maakt dat wij beseffen hoe ‘waardenvol’ het leven van nature is en hoe eenvoudig wij deze waarden schenden.
Het christelijke denkbeeld van de zonde maakt ons duidelijk hoe groot onze (natuurlijke) ethische verantwoordelijkheid is. [4]
Noten
[1] Zie: de Waal, Frans. Zijn we slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn?. Amsterdam: Contact, 2016. [2] Wat hier bedoeld wordt is niet de mogelijke variatie in dagtaak, maar het kiezen van een ‘levensdoel’. Dieren hebben geen queeste, een levenstaak die sterk afwijkt van hun biologische doelen. [3] Benatar, David. Better Never to Have Been: The Harm of Coming into Existence. Oxford: Oxford University Press, 2006. [4] Merk op: je kunt hier natuurlijk niet uit afleiden dat God bestaat, of dat God de uitkomst van de evolutie bepaalt. Dit is geen poging om het bestaan van God te bewijzen. Het enige wat je doet, is laten zien dat het mogelijk is om een bepaald levensbeschouwelijk wereldbeeld over het natuurwetenschappelijk model van de wereld te draperen. Waar je op kunt bogen, is dat deze poging niet gekunsteld is. Zo kun je laten zien dat het christendom een adequate of bruikbare levensbeschouwing is.