
Het ligt voor de hand om te denken dat een mens verre van volmaakt is; als ons lichaam bouwfouten bevat, waarom dan geloven dat ons brein betrouwbaar is? Het past een naturalist niet om zomaar te geloven dat wij het stramien van de werkelijkheid kunnen beschrijven. Desondanks is het naturalisme gebouwd op de gulle veronderstelling dat wij over een universele denkwijze beschikken. Ik noem deze overtuiging ‘universeel naturalisme’.
De tegenhanger van het universeel naturalisme is het ‘sceptisch naturalisme’. De sceptisch naturalist meent (anders is hij geen naturalist) dat vooral onze natuurlijke kennis betrouwbaar is; ook meent hij dat we onze natuurlijke theorieën zo moeten ordenen dat deze een sluitend geheel (zouden moeten) vormen. Maar anders dan zijn tegenhanger twijfelt de sceptisch naturalist aan de waarachtigheid van onze denkwijze (en daarom is hij ‘sceptisch’); hij gelooft niet dat de gehele werkelijkheid sluitend kan worden beschreven.
Bruikbare logica
De logische wetten liggen aan ons verstand ten grondslag. Deze logische wetten bepalen hoe wij de wereld zien; de logische orde is de enige orde die wij kunnen begrijpen. De logische wetten zijn voor onze gedachten wat de maatstreep is voor de muzieknoten.
De kern van onze denkwijze is dat wij strijdige meningen en overtuigingen consequent elimineren. Een logisch wereldbeeld is ‘gesloten’ voor strijdige denkbeelden (strijdige denkbeelden zijn ‘absurd’). Alle mensen proberen hun wereldbeeld doorgaans zo in te richten dat dit ‘sluitend’ is (dit geldt ook voor dieren). Redeneren en argumenteren zijn middelen om te bepalen of het wereldbeeld sluitend is (en niet om de ‘waarheid’ op het spoor te komen).
Onze afschuw voor de tegenspraak berust op een krachtig instinct, de ‘horror contradictionis’. Vanzelfsprekend, want ons lichaam is een toestel dat om een logische bediening vraagt. Aangezien wij doeltreffend én schrander willen handelen, zal ons verstand onze inzichten en denkbeelden logisch moeten ordenen. Uitsluitend wanneer onze inzichten logisch geprepareerd zijn kunnen ze worden gebruikt om schrander en adequaat te handelen. Een logische denkwijze is voor wezens behept met een lichaam de meest bruikbare. Hoe beter een soort erin slaagt om zijn inzichten logisch te ordenen, hoe intelligenter en effectiever de exemplaren van deze soort zullen acteren.
Waarachtige modellen
De stap die de universeel naturalist vervolgens zet, gaat echter veel verder: de naturalist beschouwt de logische modellen niet slechts als de meest bruikbare, maar hij is ervan overtuigd dat deze modellen waarachtig zijn! Dit blijkt duidelijk uit de semantiek die Saul Kripke opstelde voor de modale logica: uitsluitend logische modellen kunnen ‘waar’ zijn, absurde (lees: niet-logische) modellen zijn altijd ‘onwaar’.
Waarom denkt de naturalist dat alleen logische modellen van de wereld waarachtig zijn? Heeft hij goede redenen voor deze overtuiging? Het antwoord is: ‘nee’. De veronderstelling dat de logische denkwijze universeel geldig is kan niet worden onderbouwd:
a. We kunnen de waarheid van de logische wetten niet empirisch bewijzen. We veronderstellen dat deze wetten waarachtig zijn en gebruiken ze om de werkelijkheid te onderzoeken. Want dat ‘werkt’. Maar uit het feit dat onze logische denkwijze ‘werkt’ kun je niet afleiden dat de wetten van de logica waarachtig zijn. Die gedachte bijt zichzelf in de staart (‘cirkelredenering’).
b. De moderne fysica is zo weerbarstig dat de status van de logica onzeker is.
c. De waarachtigheid van elke logische wet kan worden betwijfeld: er bestaan moderne, logische systemen die sterk afwijken van de klassieke logica.
d. Veronderstel eens dat de logische wetten wél waar zijn: in dat geval bestaan er geen contradicties. Als er geen contradicties bestaan, dan heeft ons brein de logische wetten niet kunnen ontdekken (wat niet bestaat kun je niet ontdekken); ons verstand heeft het concept van de ‘contradictie’ ook niet kunnen afleiden uit ervaringen en indrukken (zonder logische wetten kun je niets afleiden). Hier volgt uit dat onze logische wetten niet uit de wereld afkomstig zijn. Het is daarom onwaarschijnlijk dat de logische wetten waarachtig zijn.
e. Logische wetten ‘bestaan’ niet: het zijn geen krachten of deeltjes. De logische orde is op z’n best een bijverschijnsel. Een bijverschijnsel is ‘contingent’ en niet ‘noodzakelijk’.
f. De waarheid van de logische wetten is niet ‘vanzelfsprekend’ (dit volgt uit bovenstaande opsomming); ook rechtvaardigen de logische wetten zichzelf niet.
g. Het is een vergissing om onze denkwijze ‘waarachtig’ te noemen. Om een denkwijze ‘waarachtig’ te noemen, heb je een archimedisch punt nodig. Het is zinloos om te onderzoeken of onze denkwijze sluitend past op ons model van de wereld: dit model is immers vervaardigd door onze denkwijze?
Dwang van eigen denkwijze
Als het aan bewijs ontbreekt, waarom heeft het universeel naturalisme dan zoveel aanhangers?
a. Wij geloven dat onze logische denkwijze universeel geldig is omdat het de enige denkwijze is waarover wij beschikken. We hebben geen andere denkwijze om onze denkwijze mee te vergelijken.
b. Bovendien versterkt onze denkwijze zichzelf: andere mogelijke denkwijzen zouden onmiddellijk worden verworpen en bestreden omdat ze ‘absurd’ en ‘onzinnig’ zijn (een afwijzing van de logica is het ‘summum’ van absurditeit). Wie eenmaal een logische denkwijze heeft kan zich niet onttrekken aan de dwang van zijn eigen denkwijze. Je móet wel denken dat deze denkwijze wáár is, want het is ’t mechanisme waarmee wij bepalen wat waar of onwaar is.
c. Wij geloven dat het logisch ordenen van meningen en overtuigingen universeel is omdat het voor ons ‘werkt’. Uitsluitend een logisch geordend model van de wereld stelt ons in staat om de werkelijkheid te manipuleren en onderzoeken.
Jaloerse meester
Onze logische, natuurlijke denkwijze is aangeboren en we hebben dan ook geen keus: we móeten wel geloven dat de werkelijkheid ‘gesloten’ is. Denken is een organisch proces bedoeld om de wereld zo te ordenen dat wij er optimaal in aarden.
Onze logische denkwijze is echter een jaloerse en machtige meester: hij duldt geen tegenspraak en bepaalt wat we moeten denken. De meeste wetenschappers en filosofen zijn zó sterk door zijn leer bevangen, dat hun onderworpenheid aan de logische denkwijze absoluut is. Het universeel naturalisme is de dominante stroming en de oorzaak van het hedendaags ‘atheïsme’: onze denkwijze maakt het onmogelijk om te zien hoe God in het stramien van de werkelijkheid past.
Vrijheid
De sceptisch naturalist daarentegen geeft de mens een deel van zijn intellectuele vrijheid terug. Het sceptisch naturalisme maakt het tenminste mogelijk om te doorzien dat onze denkwijze niet universeel kán zijn.
Sterker zelfs: wie begrijpt dat een ‘gesloten’ wereldbeeld niet waarachtig is, zegt feitelijk dat de werkelijkheid ‘open’ is. Het onderscheid tussen mogelijke en onmogelijke werelden vervalt, een algemene orde ontbreekt. Dan zijn alle denkbeelden, hoe absurd ook, in zekere zin waarachtig. De gedachte dat God bestaat is, met zoveel woorden, waarachtig; ook spiritualiteit en mystiek zijn waarachtig.
Beeld: BlackJack0919/Deviantart