Geschreven door Mart Jan Luteijn / 

9 december 2019 / 

Je eigen Bijbel

De laatste jaren zijn er veel bijzondere (doelgroep-)Bijbels verschenen, zodat het lijkt alsof iedereen een eigen Bijbel heeft. Is dat typisch iets van onze individualistische tijd? Of is het gewoon een marketingtruc? Vanuit mijn eigen theologisch onderzoek laat ik zien dat deze beide opvattingen onjuist zijn.1

Bijzondere Bijbels

Voor het christelijk geloof is de Bijbel belangrijk. Maar bestaat de Bijbel eigenlijk wel? Er zijn veel verschillende vertalingen vanuit de oorspronkelijke tekst en afgelopen jaren kwamen er regelmatig bijzondere bijbeledities uit, die gericht zijn op bijvoorbeeld een thema (Groene Bijbel) of een doelgroep (Vrouwenbijbel). Wat is het bijzondere aan die edities en wat zijn de gevolgen daarvan voor het lezen van de Bijbel als gezaghebbend boek?

Een korte geschiedenis van de Bijbel

De redacteurs van bijzondere Bijbeledities hebben achtergrondinformatie en afbeeldingen toegevoegd aan de Bijbel. Dat klinkt best onschuldig, maar zo simpel is het niet. Al voor de uitvinding van de boekdrukkunst werden aan Bijbels uitleg en plaatjes toegevoegd, maar vanaf de Reformatie werd er door de kerken streng gekeken naar wat er werd toegevoegd. Want die informatie en die afbeeldingen brachten een boodschap over en dat zou een ketterij kunnen zijn. Daarom zijn er in die tijd veel van deze bijzondere edities verboden en verbrand.

Vanaf 1637 was er in Nederland een standaardbijbel, de zogenoemde Statenvertaling (waar de Staten-Generaal opdracht voor had gegeven). Daarbij zat nog wel een uitleg van moeilijke teksten, de kanttekeningen. Later, onder invloed van de Verlichting, werd ook die informatie weggelaten. Want de Bijbel is zo universeel dat ze zichzelf uitlegt, dacht men toen. Pas in het eind van de 19e eeuw zijn er weer vele verschillende Bijbeledities ontstaan, met name vanuit verschillende kerken. Je had dus een specifiek katholieke en protestantse Bijbel.

De laatste jaren komen er in verhouding veel meer nieuwe Bijbeledities uit. Opvallend is daarbij dat ze niet meer gericht zijn op een kerkelijke stroming, maar op een thema of een doelgroep. Aan de Groene Bijbel hebben zowel katholieken, protestanten als pinksterchristenen meegewerkt. Het overkoepelende thema is dan belangrijker dan de onderliggende verschillen. Ook werken er tegenwoordig veel meer mensen mee aan een nieuwe editie, van bijbelwetenschappers en dominees tot marketing- en opmaakdeskundigen. In het historische deel van mijn onderzoek stel ik dus dat de markt voor Bijbels is geprofessionaliseerd.

Wie leest de Bijbel?

Maar naast de geschiedenis van deze edities zijn ook de gevolgen ervan interessant. Regelmatig wordt gezegd dat bijvoorbeeld de Vrouwenbijbel een soort bubbel creëert, waarbij vrouwen alleen uitleg lezen van wat andere vrouwen over de Bijbel hebben geschreven. Toch hoeft het niet zo te zijn dat er een bubbel ontstaat en daarvoor zijn twee argumenten. Als eerste blijkt uit empirisch onderzoek dat er door deze bijzondere Bijbeledities juist gemeenschappen ontstaan. In die gemeenschappen komen diverse mensen met elkaar in contact op bijvoorbeeld Facebook of bij een evenement waar deze editie wordt gepromoot. Er is dus niet per se sprake van een bubbel die het individualisme zou versterken.

Het tweede argument is dat er nog geen empirisch onderzoek is gedaan naar de lezers van deze bijzondere edities. Koopt iemand een Groene Bijbel om meer te weten te komen over dat onderwerp of omdat diegene al overtuigd is van het belang van duurzaamheid voor het christelijk geloof? En worden die bijzondere edities eigenlijk wel gelezen, of zijn het veel meer cadeauartikelen en boeken die mooi in de kast staan? We weten dus niet of de edities daadwerkelijk gebruikt worden zoals de redacteurs het bedoeld hebben, en of er een bubbel ontstaat.

Het is eigenlijk merkwaardig dat in een tijd van digitalisering en ontlezing er zoveel nieuwe Bijbeledities worden gemaakt. Vooral omdat deze edities niet eens zulke goede verkoopcijfers hebben, wat wel vaak wordt gedacht. De redacteurs maken dus geen gebruik van een marketingtruc, maar wat is dan wel de reden voor het ontstaan van deze edities? Ik denk dat het iets zegt over hoe de redacteurs naar de Bijbel kijken. Zij willen de Bijbel op een professionele manier persoonlijk maken.

Toch niet zo bijzonder?

Achter die visie zit een vooronderstelling, namelijk dat je de Bijbel beter leest als de tekst wordt uitgelegd én toegepast. Andere vormen van Bijbellezen, die meer spiritueel of mystiek zijn, zijn daardoor minder in de aandacht. Ik vraag me daarom af of door deze bijzondere Bijbeledities de markt niet juist eenduidiger wordt in plaats van diverser, want veel edities zijn gericht op dezelfde ‘rationele’ manier van Bijbellezen. Omdat deze edities best veel op elkaar lijken, zijn ze misschien helemaal niet zo bijzonder.

Noten
1 Mart Jan Luteijn. In de marge, maar niet marginaal: Een analyse naar de rol van paratext in bijzondere Bijbeledities na 2004. Masterscriptie, Protestantse Theologische Universiteit Amsterdam: augustus 2019.

Mart Jan Luteijn